Pagina's

zondag 11 augustus 2013

Colombo, laatste dag in Sri Lanka

We hebben ongeveer anderhalve dag om de hoofdstad van Sri Lanka te verkennen. Colombo. Een stad met contrasten. Een westerse wereld met winkelcentra, bioscopen, vermaak op het water, kantoren en grote flats. Maar ook een stad vol met tuktuks, een bazaarwijk, kerken, tempels, moskeeen, chaotisch verkeer. Een stad ook met een koloniaal verleden.
Als wij er zijn is het de dag van het suikerfeest. Je wenst dan de moslims een eid mubarak. Dit spreek je uit als eat mubarak. Voor mij klinkt dat als: gelukkig, we gaan weer eten. Gevolg is wel dat er op deze dag nergens alcohol mag worden geschonken.
Op het grote Galle Face Green, een kaal veld langs de boulevard, is het druk. Er wordt gevliegerd (dat doet denken aan het boek De Vliegeraar), gezeten, gegeten, gestrand. Dat laatste doe je door in het zand te gaan staan en je te laten verrassen door de golven. Zwemkleding is er niet. Je gewone, weekendse kleding mag gerust nat worden. Een jongen wordt door (vermoed ik) de vader van zijn vriendinnetje flink afgetuigd. Hij heeft misschien wel een zoentje gegeven. De vader is hindoe. Ik wens hem toe in een volgend leven als straathond te re-incarneren. Tineke probeert de jongen na afloop nog enigszins troostende woorden te bieden. Ze zegt later: gezonde passie wordt er hier wel uitgeslagen.
Het Old Dutch Hospital is een mooi opgeknapt gebouw uit begin 17e eeuw. Nu zijn er winkeltjes en restaurants. Vanuit het gebouw kijk je op de torens van het World Trade Center. Contrast.
De grote moskee is natuurlijk weer niet groot genoeg. Hij wordt uitgebreid en minstens drie keer groter en hoger. Dar zal dan wel behoefte aan zijn. Wel benieuwd wie dat sponsort!?
Voor zelfstandige ondernemers zijn er grote overdekte markten. Ik denk dat je al zelfstandige ondernemer bent als je een bananenboom in je tuin hebt. Het aanbod is soms wel heel specialistisch.
Na anderhalve dag hebben we het ook wel gezien in Colombo. Een miljoenenstad, maar geen place to be.
We sluiten een maand Sri Lanka af door krab te eten bij het beroemde restaurant Green Cabins. Althans beroemd bij Tripadvisor en Lonely Planet.












Peter Berkers, luistertip bij dit blog is Perpetuum Mobile van Einsturzende Neubauten. ( geschreven vanaf vliegveld Frankfurt)

vrijdag 9 augustus 2013

Een visser van mensen

Ik moet dit blog beginnen met een bijbelverhaal. In het Nieuwe Testament staat geschreven hoe Jezus zijn apostelen uitkiest. Hij is op een dag bij het meer van Galilea en ziet daar vissers. Tegen hen, oa tegen degene die later Petrus gaat heten, zegt hij dat ze moeten stoppen met vissen. Ze moeten hem volgen en 'vissers van mensen' worden.
Dat hebben ze hier in Sri Lanka goed begrepen!
We zijn in Galle (niet in Galilea) en maken met de tuktuk een tochtje langs de dorpen en de zee. We zien steltvissers. Dat zijn vissers die boven het water op een paal zitten, zodat ze beschermd zijn tegen de golven, en zo met een hengel aan het vissen zijn. De techniek is om de hengel veel te bewegen. Hierdoor denkt de vis dat er iets lekkers voor hem zwemt. Het is een oude methode die hier nog gehanteerd wordt. Dat weten de toeristen ook. Elk busje, elke tuktuk, elke touringcar stopt bij een steltvissersplek en toeristen stappen uit om het tafereel te fotograferen of te filmen. Naast dat het bijzonder is, is het ook heel fotogeniek. Dat weten die vissers ondertussen ook. Dus op de kant staan enkele mannetjes die de toeristen opvangen, ze zeggen dat ze wel foto's mogen maken, mits ze betalen. Mensenvissers. En daar verdienen ze meer mee dan met vissen.
Aan mij wordt een donatie van 500 roepee gevraagd. Ik ga daar niet mee accoord. Wat wil je dan betalen? 50 roepee! De mensenvisser is verontwaardigd. Hij gaat tot 300 roepee. Ik vind dat nog teveel. Dan mag je geen foto's maken. Wegwezen! Ik zeg quasiboos dat ik het recht heb om hier te staan en naar de zee te lopen. We kijken elkaar aan. Ik geef je 100 roepee, zeg ik gedecideerd. Ok, schudt hij (als ze hier schudden betekent dat hetzelfde als mensen bij ons knikken). En wij maken onze foto's en filmen de steltvissers.
Even later is Tineke nog in gesprek met de mensenvisser. Over het koraal. Over de schelpen. Aan mij vraagt hij of ik tevreden ben. We lachen elkaar toe.









Peter Berkers, luistertip voor dit blog is Ben Harper with the Blind Boys of Alabama, I shall not walk alone.

donderdag 8 augustus 2013

Boeddha Disney

We komen in Sri Lanka geen pretparken tegen. Er is geen Disneyworld, Slagharen, Plopsaland of Efteling. Wel zien we soms een kleine speeltuin op een grasveldje. Op televisie zijn er wel soaps. Heel herkenbaar. Ze geven alleen een beeld van huizen en interieurs die wij in de steden en dorpen niet terugzien. Het is op televisie fraaier en netter. Alsof de regisseur met fotoshop bezig is geweest. In de winkels liggen geen Donald Ducks, Lucky Lukes of Asterix'. De enige cinema die we gezien hebben, in Tangalle, vertoont 1 film.
Maar wat dan wel? Waarmee vermaken de ouders hun kinderen? Wat willen ze ter ontspanning en lering meegven?
Vandaag kreeg ik een duidelijk antwoord. Onderweg naar Galle, stopten we bij een groot tempelcomplex bij Dikwalla. Buiten zagen we een Boeddhabeeld van meer dan vijftig meter hoog. Achter het beeld leek een flatgebouw te staan. Vreemde combinatie?!
Maar dit complex gaf wel een antwoord op de vraag naar ontspanning en verbeelding. Na binnenkomst was er eerst een grote gang, van wel tweehonder meter. Aan beide zijden werden beelden getoond van gedrag in deze wereld en gedrag dat je daardoor in de hel kunt verwachten. Mishandel je je os? Reken maar dat je zelf voor os kunt spelen in de hel. Sla je je vrouw? Reken maar dat je in de hel zelf geslagen zult worden. En zo meer dan honderd voorbeelden in deze Hall of Horrors. Dit ook nog eens plastisch uitgebeeld met beelden.
In een ander gebouw worden fragmenten uit het leven van Siddharta, Boeddha uitgebeeld. Het zijn allemaal tableaux met gipsen beelden, weergegeven in prachtige kleuren.
Dan gaan we naar de hoge Boeddha. De flat blijkt een gebouw te zijn dat aan de Boeddha vastzit. Het is acht etages hoog en voorzien van alleen maar religieuze afbeeldingen. Als we helemaal boven zijn mogen we ons hoofd in het achterhoofd van het Boeddhabeeld stoppen. We krijgen een gebed over ons afgeroepen door een aanwezige man. De medewerker vraagt hier vrijwillig duizend roepees voor. We geven er honderd.

Dit is dus entertainment Sri Lanka Style. Steeds weer is er een relatie met het religieus gevoel. Zo worden dus verhalen doorgegeven, zo wordt dus moraal verbeeld. Steeds weer opnieuw hetzelfde verhaal.
In de kerk hadden we vroeger een kruisweg. En in de gebrandschilderde ramen werden bijbelse taferelen weergegeven. Daar lijkt het op.
Disney is er al, zijn naam is Boeddha.
















Peter Berkers, luistertip bij dit blog is Disneygirls van The Beach Boys

dinsdag 6 augustus 2013

Old Arrack

We zagen het drankje voor het eerst bewust op de kaart staan in Ella. Old Arrack. Tussen de mojito en de pina colada. Even proberen dus. En ja, het smaakt lekker, lijkt op brandy, is erg zacht.
De volgende vraag is: waar kunnen we dit vinden, want het lijkt ons lekker om 's avonds zo voor de deur, op een balkon, een glaasje te drinken. Wijn gaat hier immers bijna niet en bier kennen we. In de supermarkten zien we geen alcoholische dranken. Slijterijen zijn ook onvindbaar.
Een tuktukdriver helpt ons. Je moet bij de liquor shop zijn. Hij brengt ons naar zo'n winkel. Nou ja, winkel?! Ik zie een hokje met een ijzeren frame ervoor, waarachter zich dan, in het donker, drankflessen tonen. Achter het frame zit een man met een bundel geld. En ja, ik kan Old Arrack krijgen. Kost bijna niets.
Nu, een week later ongeveer, blijkt dat alle drankwinkels op dezelfde manier zijn opgezet. Geen reclames. Nauwelijks vindbaar. Altijd met een ijzeren frame.
Als ik vandaag een fles Old Arrack wil kopen dringt er iemand voor. Hij wil een strong beer van 8,6%. Hij krijgt een blikje aangereikt en is weer weg op zijn brommertje. Betalen hoeft hij niet. Misschien is het wel voor een guesthouse? Ik vraag om de beste Old Arrack en krijg een advies. Mooi. Vanmiddag maar eens proberen.




















In ons lunchrestaurant aan het strand, bij Coconut Beach Cabanas in Tangalle, komt een toerist binnen. Hij vraagt: heb je ook kokosnoot? Ik stuur zo wel iemand de boom in, antwoordt de ober.




-Peter Berkers, luistert naar Les Passants van Zaz (een aanrader)

zondag 4 augustus 2013

Objects in the mirror

Tangalle. Vandaag gaan we op de scooter. Vanuit het guesthouse Moonstone Villas huren we er twee. Kost 6 euro voor een hele dag, per scooter. De tank is natuurlijk zo goed als leeg, dus voor 2 euro tanken. Dat zijn de kosten. Met de scooters komen we makkelijk in het achterland en zien we hoe Sri Lanka er uit ziet. Veel jungle. En veel bewoning die verstopt zit. Ik zie een ziekenhuis helemaal afgelegen. Ik denk alleen voor de dorpsbewoners. Ik moet uitwijken voor koeien die over de straat lopen. En ook nog een keer voor waterbuffels. Dat kan hier allemaal. Een keer rijden we bijna de berm in als een tegenligger, een bus, helemaal op onze rijhelft aan het inhalen is.
Van de wegaanduidingen moeten we het niet echt hebben. Meestal is het alleen in Singalees geschreven. Maar met een hollandse mond kom je er ook. We rijden 's morgens naar een Blow Hole. Waar in het dorp vooral veel gedroogde vis wordt verkocht. En 's middags toeren we naar een tempel in de rotsen. Dat laatste betekent dat er vele muurschilderingen op de natuurlijke vorm van de rots zijn aangebracht. Prachtig.
Tijdens een bui schuilen we bij een tankstation. We zien de tankgewoonten. Nooit volgooien is het devies. Gewoon tevoren het gewenste bedrag doorgeven. En meestal is dat erg laag. Of je komt even je jerrycan vullen.
Tineke wil haar regenkleding aandoen. Ze heeft het stervenskoud, zegt ze. Ze houdt van warm. Objects in the mirror are closer than they appear.








-




Peter Berkers, luistert naar Ben Harper, She 's only happy in the sun.

zaterdag 3 augustus 2013

Bob Marley in Yala

Stel je de kermis voor. En dan een rodeostier. Zo'n toestel waarop je mag gaan zitten en dat dan bewegingen maakt, waarbij het doel is dat je er niet afvalt. En stel je dan voor dat je een dag op die rodeostier moet zitten. Ok. Heb je dat? Zo zitten wij in de safaribus in park Yala. Van vijf uur 's morgens tot zeven uur 's avonds. Gelukkig zijn er ook momenten dat onze stier op 'eenvoudig' staat.
Het kermisachtige is dat alle jeeps vaak naar dezelfde plek rijden. Elk gerucht over een mogelijke aanwezigheid van een luipaard wordt via de gsm naar alle chauffeurs verspreid.
Ik zie de safarichauffeurs ook als de cowboys van de wegen. Ze genieten ervan over de meest moeilijke zandpaden te rijden, te crossen over het steppeachtige landschap en ze zijn trots op hun wagen. Ze willen graag de beste plek voor hun klant. Ze willen graag als eerste iets ontdekken. Soms hebben ze een spreuk achterop de wagen: kein weib, kein leid. Meestal is een afbeelding van Bob Marley aanwezig. Bob de rastabuddha. Aan de tanden te zien gebruiken ze ook allemaal hetzelfde rooie spul. Legale dope?
Tineke vergelijkt de wagen met een groot uitgevallen pausmobiel.
En het luipaard? Dat laat zich niet verleiden door zoveel getoeter en geroep en blijft rustig zitten waar al die cowboys denken waar hij niet is.








We zijn na afloop helemaal afgemat en verlangen naar een bed. Maar eerst staat er nog een mooie maaltijd te wachten. We kunnen zelf kiezen uit een ruime keuze Srilankaans eten. Ter plekke bereid door een kok met ritmegevoel. Kan zo in de band van Bob.
-Peter Berkers, luistertip Get Up Stand Up, van Bob Marley

donderdag 1 augustus 2013

Gratis per spoor

Het is even wennen, maar hier is het heel gewoon. Lopen over het spoor. Ik zie het de militair doen, het schoolhoofd, de boer, vrouwen, kinderen. Je verplaatsen per spoorrail is blijkbaar de gemakkelijkste weg. Even buiten het dorp klim je een rotstrapje op en je bent er. Komt er een trein aan, dan ga je even aan de kant. De locals waarschuwen ons ook als er een trein aankomt. Voor onze wandeling naar Ella Rock moeten we eerst twee kilometer over het spoor. Soms zijn de bielzen van beton, meestal van hout. Het loopt natuurlijk wat onwennig. Vooral de houten bielzen liggen op onregelmatige afstand van elkaar. Kinderen gaan per spoorrail naar en van school. Ik zag dat al eerder vanuit de trein, maar nu ervaar ik het ook. Voordeel van het spoor is natuurlijk dat je niet steeds hoeft te klimmen of dalen. Soms zie ik een klein tempeltje naast het spoor; ik zie een vrouw die er de was doet. Mannen zitten uit te rusten (overigens een geliefde bezigheid in dit land) op een rails.
De railway overbrugt ook twee verschillende heuvels, alweer een voordeel. En zelfs de afstand wordt onderweg aangegeven. Je weet precies waar je bent: tussen paaltje 166 3/4 en 166 1/2.
Ik ontdek een goed en goedkoop alternatief voor de ov- kaart van onze studenten. Jongens, jullie mogen niet meer gratis met de bus en trein, maar wel gratis over de rails en busbaan!









Oh ja, onderweg ontdek ik een nieuwe en mooie manier van acquisitie plegen. Een vrouw die ons tempo volgt, wijst ons na de spoorbrug de weg naar Ella Rock. Ik weet dat ons getekende kaartje niet klopt en besluit haar maar te vertrouwen. Na korte tijd horen we haar roepen. Terug! Terug! Ik vertaal haar woorden als: jullie lopen verkeerd. Zij komt ons tegemoet en gaat ons voor door een haast ongebaanbaar paadje. Ze helpt ons naar boven, blijft bij ons, helpt Tineke bij moeilijke stukken en wacht boven totdat wij ook weer teruggaan. Natuurlijk verwacht ze voor haar diensten wel een vergoeding. Gisteren kreeg ze zelfs 2000 roepie, zegt ze.

-Peter Berkers, heeft als luistertip Walk the Line van Johnny Cash.